Ademruimte om te wonen

29 November 2014

Wil je ons programma-onderdeel "WONEN"  afdrukken? Klik dan hier om de pdf te downloaden Inhoud:Verkavelingsstop - ecowijken

Energiezuinig en duurzaam wonen

Een sterk sociaal woonbeleid


Algemene visie

 Een betaalbare woning vinden, is voor meer en meer mensen een onmogelijke opdracht, zeker in Merelbeke. Merelbeke zou als lokale overheid terug meer vat moeten kunnen krijgen op de woningmarkt door gericht gronden en eigendommen aan te kopen en te verbouwen via een rollend woningfonds, haar bouwgronden in eigen beheer houden via recht van opstal en fors investeren in sociale woningen, want met amper 2% sociale woningen scoort Merelbeke heel zwak.

 Energiezuinig wonen is goed voor het klimaat en de portemonnee. De Belgische energieconsumptie ligt 70% hoger dan het Europese gemiddelde. Onze huizen verbruiken meer energie dan in het koude Zweden. Vooral de woningen op de private huurmarkt zijn er slecht aan toe. Via slimme, duurzame renovatiepremies en sociale verhuurkantoren kan het lokale bestuur energiezuinige renovatie stimuleren.

 Inspelen op de demografische evolutie betekent dat we moeten evolueren van 'levenslang wonen in eigen huis' naar 'wonen in eigen buurt'. Kwalitatief en betaalbaar wonen voor alle ouderen realiseren kan alleen als we resoluut kiezen voor een buurtgebonden aanpak.


Doelstelling 1: Een verkavelingsstop voor Merelbeke.

Waar het niet anders kan, wordt volop ingezet op sociale ecowijken.

 De voorbije zes jaar werden door het schepencollege maar liefst 54 nieuwe verkavelingen goedgekeurd in Merelbeke waarvan 24 in het buitengebied en 30 in stedelijk gebied. Intussen liggen 1588 bouwgronden (toestand 29 maart 2012) klaar om te worden bebouwd.  De druk op de open ruimte is heel groot. Nieuwe verkavelingen betekent ook een constante aangroei van de bevolking met nog meer wagens die dagelijks richting R4, E40, E17 moeten, of over de Gaversesteenweg en de Hundelgemsesteenweg naar Gent. Merelbeke slibt dicht. De verkeersdruk verhoogt elk jaar en de files worden langer.

Groen kiest daarom resoluut voor een verkavelingsstop. Dit betekent niet dat er geen woningen meer kunnen worden gebouwd in onze gemeente. Er zijn nog tal van onbebouwde percelen (volgens sommige bronnen zelfs ongeveer 1.500 zodat het aansnijden van nieuwe open ruimte onnodig is). Wanneer het juridisch onmogelijk is om een nieuwe verkaveling te weigeren, kiest de gemeente resoluut voor de realisatie van sociale ecowijken.

Een sociale ecowijk stelt ecologische en sociale criteria centraal in het woonbeleid. Dit houdt onder meer in dat bij de ontwikkeling van de wijken aandacht is voor volgende aspecten:

  • autovrije, compactere, gedifferentieerde woonvormen en wijken met aandacht voor fietsstallingen en aansluiting op openbaar vervoer. Het worden veilige en kindvriendelijk woonwijken
  • starten met het bepalen van het aandeel groene ruimte en publieke ruimte vooraleer het aandeel van de bebouwing te bepalen
  • ruimtes worden veel meer gedeeld: collectieve energievoorziening, wateropvang en -zuivering, bepaalde ruimten delen zoals tuinen (volkstuinen), grote en klein gemeenschappelijke ruimtes voor composteren, logeerruimtes, autodelen?
  • de groene woonomgeving wordt gekenmerkt door centrale groene assen, bosjes, waterpartijen en slimme beplantingen (maximaal streekeigen plantgoed in tuinen en straten, publieke fruitbomen?) aandacht voor ruimte voor jongeren met onder andere avontuurlijke speelplekken en een speelruimtenetwerkplan
  • zorgen voor een mix van huurders en kopers en een sociale mix (van inkomenscategorieën, oud en jong?)
  • aandacht voor bewonersparticipatie bij het ontwerpen en beheren van de wijken

Bestaande wijken wil Groen onder handen nemen door ze groener en aangenamer te maken. Dit kan onder meer door:

  • de herinrichting van dorpspleinen en aanpalende straten in de buitengemeenten en flora. Zo kan het Floraplein (deel naast de kerk) omgevormd worden tot een groene plek met ruimte voor sport en spel, zitbankjes, speeltuin,?
  • een verbod op de realisatie van hoogbouwprojecten in de gewone woonstraten. Hoogbouw kan slechts heel uitzonderlijk een plaats krijgen,  nl. als er geen enkele hinder is voor de omwonenden en indien de wooneenheden voldoende kwalitatief zijn. Behalve langs de Hundelgemsesteenweg ten noorden van het Centrum, ziet Groen geen ruimte voor hoogbouw in het Centrum en in de Florawijk. De bestaande stedenbouwkundige verordening biedt te weinig garanties om hoogbouw in te dijken (hoogbouw kan nu zelfs langs de Hundelgemsesteenweg tot aan de Schellebellepontweg)
  • duidelijke Ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP) moeten de bouwregels vastleggen. De RUP's worden steeds correct toegepast (wat in het verleden niet het geval was) en de gemeente hanteert een strikt handhavingsbeleid
  • ervoor te zorgen dat er verschillende functies en ontmoetingsruimtes aanwezig zijn in de wijken
  • in sterk verstedelijkt gebied te zorgen voor bereikbare groene ontmoetingsplekken, zeker op wandelafstand. In de Florawijk kunnen de gebieden waar vroeger serres stonden daar uitstekend voor dienen. In geen geval kunnen deze vrijkomende binnenruimtes worden volgebouwd en overgelaten aan bouwpromotoren
  • verkleinen van verplaatsingsafstanden door het stimuleren van fiets- en wandelverkeer, buurtvoorzieningen en buurtwinkels met meerdere functies
  • de inrichting van wegen en voetpaden wordt grondig onderzocht met aandacht voor veiligheid en gebruiksvriendelijkheid voor voetgangers, fietser en rolwagengebruikers
  • burgers te stimuleren om mee zorg te dragen voor hun straat en woonomgeving


Doelstelling 2:

Energiezuinig en duurzaam wonen.

Maak het verschil voor u zelf en voor  wie na u komt.

 Groen wil dat Merelbeke een klimaatneutrale gemeente wordt tegen 2030. Om deze doelstelling te bereiken zal ook wonen veel duurzamer en energiezuiniger moeten gebeuren. Investeren in een energiezuinige woning is dan ook van groot belang. De gemeente heeft een belangrijke taak om haar burgers hierbij te helpen. Maar de gemeenten heeft ook een belangrijke voorbeeldfunctie. Het is daarom belangrijk dat de gemeente:

  • bij het opstellen van de bouwverordeningen specifieke voorschriften opneemt zodat er energiezuinig wordt gebouwd en verbouwd;
  • haar burgers stimuleert om energiezuinig en CO2-neutraal te bouwen en vooral te verbouwen. De gemeente ondersteunt dan ook gericht de investeringen in werken met hernieuwbaar isolatiemateriaal, dakisolatie,? en nieuwe technologieën die tot hoge energiescores leiden;
  • en grootschalige dakisolatiescan uitvoert, om zicht te krijgen op de mate waarin de daken van de huizen in Merelbeke zijn geïsoleerd;
  • ook het goede voorbeeld geeft door zorg te dragen voor het eigen patrimonium en bij renovatie of (her)nieuwbouw ook zelf consequent handelt en energiezuinigheid en duurzaamheid van de materialen als belangrijke criteria opneemt in de plannen. Zo is het een goede zaak dat de nieuwe school in Lemberge een passiefschool is. Ook andere investeringen moeten dit voorbeeld volgen. Alle sociale woningen die vandaag nog in Merelbeke worden gebouwd, zouden systematisch laag-energiegebouwen of passiefgebouwen moeten zijn. Dat levert drie keer winst op: een keer voor het milieu, het zorgt voor lage energietarieven voor personen die het financieel al moeilijker hebben en het is ook een goede zaak voor de tewerkstelling;
  • eveneens aandacht besteedt aan duurzaam materiaalgebruik en -beheer (bv. energiezuinige verlichting, FSC gelabeld hout, vermijden bij groenaanleg van het gebruik van bestrijdingsmiddelen, recyclage van materialen, lichtplan in functie van veiligheid en identiteit van wijken ?).


Doelstelling 3:

Een sterk sociaal woonbeleid

 Merelbeke is, net zoals andere gemeenten rond Gent, Antwerpen of Brussel, een dure gemeente om te wonen. Dit geldt zowel voor huren als voor kopen. De gemeente kan door een gericht beleid wonen goedkoper maken, als de politieke wil er is om er werk van te maken. In Merelbeke zijn er maar ongeveer 2% sociale woningen. Het gemiddelde voor Vlaanderen bedraagt ongeveer 6%, maar ook dat is, vergeleken met andere landen, bijzonder weinig. De weg is nog lang om ook in Merelbeke 5% sociale woningen te creëren, maar dit is voor Groen een belangrijke doelstelling op middellange termijn.

Om wonen betaalbaar te maken, moet de gemeente niet alleen inzetten op sociale woningen. Veel mensen voldoen (net) niet aan de voorwaarden om een sociale woning te krijgen. Er bestaan ook andere instrumenten om wonen betaalbaar te maken.

Om wonen in Merelbeke socialer en meer betaalbaar te maken voor een grotere groep inwoners, wil Groen dat de gemeente volgende initiatieven neemt:

  • Merelbeke werkt een concreet plan uit om het aantal sociale woningen en noodwoningen  op middellange termijn op te trekken van 2% naar 5% van het totaal aantal woningen. Dit vergt een doorgedreven inspanning in samenwerking met de sociale huisvestingsmaatschappijen die actief zijn in Merelbeke. De sociale woningen worden ook goed verspreid over de verschillende deelgemeenten en wijken op voorwaarde dat er op wandel- of fietsafstand voorzieningen zijn als een bakker, kruidenier en apotheker maar ook bereikbaar openbaar vervoer
  • de gemeente verkoopt in principe geen bouwgronden en woningen meer, maar wendt die aan voor het voeren van een actief en sociaal woonbeleid
    • Dit kan door de gronden te bestemmen voor sociale woningenbouw
    • Of de gemeente kan deze gronden ook in eigendom houden en betaalbare wooninitiatieven nemen door het systeem van de Community Land Trust (CLT). Kopen wordt voor meer mensen haalbaar en betaalbaar als de koper niet langer de grond moet  kopen. De eigendom van de grond blijft in handen van de gemeente of van een vzw, de CLT. Gezien de waarde van de grond niet meer meegerekend wordt voor de waarde van het gebouw, blijft dit goedkoper dan op de klassieke markt. De koper wordt volwaardig eigenaar van de woning met alle rechten (erven, woonzekerheid, aanpassingen) maar als hij de woning verkoopt, moet hij een deel van de meerwaarde terugbetalen. De CLT zorgt er voor dat minder gegoede kopers het voorschot krijgen, nodig om een lening bij de bank te krijgen zodat de aankoop van de woning ook haalbaar wordt voor wie geen spaarpot of rijke ouders heeft. Groot voordeel is dat de woning ook voor de volgende koper een sociale en betaalbare koopwoning blijft
  • bij alle initiatieven inzake betaalbaar wonen (sociale woningen, CLT,?) wordt telkens gezocht naar formules voor jongeren, eenoudergezinnen, personen met een handicapen ouderen  zodat ook voor deze soms kwetsbare doelgroepen voldoende betaalbare woningen zijn
  • de gemeente neemt initiatieven voor de verdere uitbouw en de promotie van het Sociaal Verhuurkantoor (SVK) dat recent werd opgericht. Het aanbod in Merelbeke moet vergroot en verbeterd worden. Sociale verhuurkantoren huren woningen op de private huurmarkt en verhuren die dan door aan sociaal kwetsbare huurders. Sociale verhuurkantoren zorgen er mee voor dat lage inkomensgroepen mits huursubsidie een betaalbare woning vinden op de private huurmarkt. Daarnaast garanderen zij de verhuurder elke maand een eerlijke huurprijs en zorgen ze ervoor dat het huis wordt onderhouden zoals van een 'goede huisvader' wordt verwacht. Verhuren wordt zo ook opnieuw aantrekkelijker
  • de gemeente richt een wooninfopunt op, gekoppeld aan het nieuw opgerichte Sociaal Huis. Daar kan je ook terecht voor milieuadvies bij de renovatie van je woning
  • de gemeente voert een doorgedreven beleid inzake de strijd tegen leegstand
  • De gemeente ondersteunt actief nieuwe woonvormen. Vormen van samen-wonen en woningdelen zijn oplossingen voor de toenemende vergrijzing en de gezinsverdunning in combinatie met intensief ruimtegebruik. De gemeente voert een stedenbouwkundig beleid dat toelaat dat bestaande panden, kerken, hoeves, oude schoolgebouwen,? kunnen hergebruikt en herbestemd worden in functie van
  • generatiewonen: Kangoeroewonen en 2 en 3 G(eneratie)-wonen: woonvormen waarbij verschillende generaties, niet noodzakelijk familie van elkaar, apart maar samen onder één dak wonen en elkaar helpen. Dergelijke projecten worden gestimuleerd en gemeentelijke voorschriften worden aangepast.
  • co-housing: Bij co-housing heeft elk huishouden zijn eigen wooneenheid, maar is er wel een zekere mate van gemeenschappelijkheid. Verschillende ruimtes en functies worden gedeeld zoals  was-; speel- en ontmoetingsruimtes (om te vergaderen of voor familiebezoek). De gemeente werkt de hindernissen (onaangepaste regelgeving) weg en biedt ondersteuning. Rurale erfwoningen (hoeves, boerderijen) komen hiervoor in aanmerking.
  • Abbeyfield-wonen is kleinschalig groepswonen voor ouderen. De bewoners vinden in hun Abbeyfield-huis een evenwicht tussen privéleven en leven in gemeenschap.
  • Bij oudere, gerealiseerde, verkavelingen kunnen de verkavelingsvoorschriften aangepast worden in functie van de ombouw van de vaak heel ruime villa's tot meergezinswoningen, groepswoningen, kangoeroewoningen ...   
  • De gemeente stimuleert de vorming van eigentijdse woonzorgcentra, zorgwoningen, kleinschalig groepswonen (zoals de hoger genoemde Abbey-field-woningen). Wonen en zorg worden zo dichter bij elkaar gebracht en dit op een kleinschalige, decentrale en buurtgerichte aanpak. Op die manier wordt 'wonen in eigen buurt' mogelijk en aantrekkelijk gemaakt, als alternatief voor het 'wonen in eigen huis' dat vandaag geldt en dat vaak heel wat praktische problemen met zich mee brengt op latere leeftijd
  • Teneinde de goede inplanting en de kwaliteit van de studentenkoten te garanderen, wordt een bouwverordening voor studentenkoten opgemaakt. Door de nabijheid van de Universiteit Gent en de Faculteit Dierengeneeskunde in het bijzonder, moet dit een aandachtpunt worden voor de gemeente Merelbeke